Het is bijna maart, de dagen zijn flink aan het lengen en de planten zijn weer begonnen met groeien. Voor ons in de fabriek betekent dat maar één ding: het stek seizoen is begonnen! Maar voordat we er klaar voor zijn vertellen we je graag in deze blog nog eens alles wat we weten over stekken!
We beginnen zoals het hoort, bij het begin. Want wat is stekken nu eigenlijk? Stekken is eigenlijk het vermeerderen van een plant, dus van één plant, meerdere planten maken! Stekken is voor iedere plant natuurlijk verschillend, maar het einddoel is altijd hetzelfde; meer planten. Want je kunt er nooit genoeg hebben, toch? In deze blog gaan we het hebben over stekken in water, maar je kunt natuurlijk je stekken ook direct in de aarde steken. Nieuw met stekken? We stellen je graag voor aan de;
Stek-checklist
- Een (makkelijke) plant om te stekken, of een stekjesbox als je niet aan je eigen plantjes durft te knippen.
- Een vaasje om de stekjes in te zetten. Dit kan in bijvoorbeeld lege kruidenpotjes, of natuurlijk een van onze gave stekhouders.
- Een scherpe (snoei)schaar of mes.
Welke planten zijn makkelijk te stekken?
Zeker als het je eerste keer stekken is, wil je natuurlijk dat het lukt. Maak het jezelf niet meteen te moeilijk en begin met een makkelijke stek. Sommige planten zijn nu eenmaal moeilijker te stekken dan een ander, bijvoorbeeld omdat ze gevoelig zijn voor rot of gewoon heel traag groeien. Planten die makkelijk te stekken zijn zijn onder andere Epipremnum, Philodendron, Scindapsus Tradescantia, Pannenkoekenplantjes en Graslelies!
Besloten welke plant je wilt stekken? Dan kun je beginnen! In principe kun je, zeker met makkelijkere planten, het hele jaar door stekken. Maar omdat veel planten in de winter in rust gaan, zal je stek dan minder snel, of zelfs helemaal niet groeien. De beste tijd om je plant te stekken is in het voorjaar, vanaf het einde van februari tot begin mei!
Stek-tips
Niet alle planten stek je op dezelfde manier, daarom is het altijd handig om vooraf bijvoorbeeld een blog of video te bekijken over de plant die je van plan bent te stekken, zo weet je zeker dat je de plant op de juiste plek afknipt! Er zijn natuurlijk wel een aantal algemene tips, die hebben we hieronder even voor je op een rijtje gezet!
- Zorg dat je een schone (snoei)schaar gebruikt. Maak deze ook schoon als je nog een andere plant wil knippen. Dat voorkomt dat eventuele ziektes en bactieriën kunnen verspreiden tussen de plantjes.
- Zorg dat je stek niet te veel blaadjes heeft. Hoe meer blad je stek heeft, hoe meer energie het onderhouden van het blad kost. Dit gaat natuurlijk ten koste van de groei. Bij grote bladeren is het aan de raden de helft van het blad eraf te knippen. Minder mooi, maar heel bevorderlijk voor de groei!
- Maak meerdere stekjes van de plant! Er is natuurlijk altijd de kans dat een stekje het niet overleefd. En als je meerdere stekjes neemt kun je later meteen een mooie pot vullen!
- Laat de stekjes na het knippen een paar uur drogen voor je ze in water zet, hiermee voorkom je rot in de stam.
- Zet stekjes op een lichte plek in huis, waar de zon niet komt.
Van de voetjes in het water, naar de voetjes in de grond.
Wanneer de stekjes in het water staan, is het eigenlijk een kwestie van geduld. Kijk de stekjes regelmatig na en zorg dat ze genoeg water hebben. Als de stekjes na het lange wachten worteltjes van ongeveer 5 centimeter hebben, is het tijd om ze in de grond te zetten. Hou er rekening mee dat je de stekjes niet in een te grote pot zet. Dit zal er namelijk voor zorgen dat hij al zijn energie naar zijn wortels gaat sturen, en niks naar nieuwe bladgroei. Na het oppotten in de aarde is het belangrijk om de grond de eerste keer goed vochtig te zetten, dat maakt de overgang van water naar grond een stuk makkelijker voor de worteltjes van het stekje!
Veel stek-geluk!